Cantuccini

Cantuccini, het lekkere Italiaanse koekje

Zo af en toe hebben we al een beetje lentegevoel.
Ik zie de boom voor ons huis al een groen waasje krijgen. Heerlijk!
Het gekke van lentekriebels is dat ik gelijk aan de zomer moet denken. Aan vakantie. Aan nog meer zon!
En nog gekker is dat denken aan vakantie vaak ook gepaard gaat met denken aan lekker eten, zomerse gerechten, zoete lekkernijen.
Een lange aanloop om te zeggen dat ik ineens zin had om zelf cantuccini te bakken. Je weet wel, die heerlijke brosse koekjes met amandelen. En dat bleek letterlijk een fluitje van een cent te zijn.
Kijk maar!

Dit heb je nodig voor ongeveer 30 koekjes:

125 gram bloem
1 ei + 1 ei voor de afwerking
60 gram fijne kristalsuiker
60 gram poedersuiker
1 tl bakpoeder
1/2 vanillestokje
mespunt zout
100 gram noten, zoals amandelen en hazelnoten, pecannoten

Dit ga je doen:

Verwarm de oven voor op 180 graden.

Doe alles, behalve de noten en het tweede ei, in een kom en meng tot een samenhangend deeg.
Hak de noten grof en voeg ze toe. *

Verdeel het deeg in twee porties en vorm van elk deel een 'worst' van ongeveer 3 cm. doorsnee.
Leg de worsten op een met bakpapier bekleed bakblik en druk ze een beetje platter. Je kent de vorm van het koekje...

Klop het tweede ei los en bestrijk hiermee de rollen. (Ik had geen tweede ei meer in huis (!), dus de jouwe zien er straks mooier uit dan de mijne op de foto...)

Bak de rollen 20 tot 25 minuten, tot ze goudbruin zijn. Niet te lang want dan kun je ze straks niet meer snijden!
Haal het bakblik uit de oven, verlaag de temperatuur tot 130 graden.

En nu direct aan de slag (als je wacht, wordt het snijden moeilijker): snijd ca. 15 koekjes uit elke rol. Leg de koekjes nu plat op het bakblik en zet ze nog 15 minuten terug in de getemperde oven.

Haal het bakblik uit de oven en laat de koekjes volledig afkoelen op een rek, voordat je ze in een pot of blik gaat doen.

Geniet!

* Houd je van sinaasappelsmaak in deze koekjes, doe dan ook nog wat rasp door het deeg. Yam!

Platbrood

Perzisch platbrood

Dit is een fijn en simpel recept. Omdat het over plat brood gaat, hoeft er niet gewacht te worden op rijsprocessen etc. Wel kun je je uitleven op een paar minuten fijn kneden.

Wij aten deze pannenkoekjes om de auberginedip uit de vorige blog mee op te nemen. Samen een lekker voorafje, maar ook een fijne lunch.

Je hebt er ook niet zo veel voor nodig, dus je kunt waarschijnlijk direct aan de slag...

Dit heb je nodig, voor 8 platbroodjes:

150 gram bloem van harde tarwe (en wat extra om te bestuiven)
50 gram volkorenmeel van harde tarwe
1/2 tl. zeezout
1,5 tl. olijf of zonnebloemolie
150 ml. lauwwarm water

Dit ga je doen:

Doe al het meel met het zout in een kom en maak een kuiltje in het midden. Doe daar de olijfolie in en meng alles tot het op grof broodkruim lijkt. Voeg nu het lauwwarme water toe en kneed tot een zacht deeg.

Bebloem je werkblad licht en kneed het deeg daarop ca. 8 minuten, totdat het soepel en minder plakkerig is.

Doe het deeg weer in een kom en dek 'm af met een vochtige schone theedoek en laat zo 10 minuten rusten.

Verdeel het deeg nu in 8 balletjes en druk ze met je handpalm alvast tot rondjes uit en bebloem ze aan beide zijden lichtjes.

Verwarm een koekenpan op halfhoog vuur.

Rol een deegballetje uit tot de vorm van een pannenkoek (dit lukt mij zeker niet altijd!) en bak deze in de droge koekenpan. Als je ze dun genoeg hebt uitgerold, ontstaan er mooie blazen en 'verkolingen'. Dit is de bedoeling. Bak elk broodje ca. 30 sec. per kant en daarna nog eens 15 sec. per kant, zodat hij gaar is.

Houd het gebakken brood warm onder een schone theedoek terwijl je de rest van de broden bakt. Serveer direct!


Het oorspronkelijke recept komt uit: De Perzische Keuken, van Yasmin Khan